De verre vijand van gelijkmoedigheid is onrust, zorgen, opwinding. De vijand dichtbij is moeilijker te herkennen; onverschilligheid, eigenlijk precies het tegenovergestelde van gelijkmoedigheid. Hier zit liefde noch mededogen, hier wordt het muurtje rond ons dichter en hoger: – Het kan me niet schelen wat er om me heen gebeurt, ik wil het niet weten, laat me met rust! –
Als je onverschillig bent, heb je niet het gevoel een deel van het geheel te zijn. In overschilligheid schuilt kou en hardheid. Want als je je angstig afschermt van alles wat je in je hart zou kunnen raken, dan moet je wel verharden. Gelijkmoedigheid betekent niet dat je je gevoelens moet onderdrukken. Dan leer je immers je gevoelens niet kennen en zou je innerlijk verkrampen. En ook niet in staat zijn om lief te hebben. Gelijkmoedigheid onderdrukt niet je gevoelens, maar uit deze ook niet. Je herkent de gevoelens en je weet dankzij het innerlijke heldere inzicht onmiddellijk dat je er niet op moet reageren met weerstand, onrust, hechten of hartstocht. Gelijkmoedigheid is de door oefening verkregen verworvenheid om op gevoelens met wijsheid en begrip te reageren. Gelijkmoedigheid berust op het door meditatie verkregen inzicht dat niets blijft zoals het is en dat het daarom niet de moeite loont en zinloos is om je op te winden. Dat betekent niet dat je aan onderscheidingsvermogen inboet; integendeel, het houdt gelijke tred met gelijkmoedigheid. Zonder gelijkmoedigheid ben je je eigen vijand. Of je nu naar buiten of innerlijk negatief reageert, je schaadt jezelf en je maakt jezelf ongelukkig.
Gelijkmoedigheid kalmeert de golven in je innerlijk die je afwisselend naar fantastische hoogten brengen en je in de diepste diepte laten storten. Gelukkig is de mens die dat ervaart waarschijnlijk niet. Want deze op- en neergang alsof je op een wip zit, geeft je een gevoel van onzekerheid. Je weet immers dat bij iedere opgang ook weer een neergang hoort en dat het pijn doet als je weer de harde grond raakt. Gelijkmoedigheid houdt ons in het midden, daar waar het niet opgaat en niet neergaat. Dat betekent niet dat gelijkmoedigheid vreugdeloos is; integendeel, gelijkmoedigheid gaat steeds vergezeld van innerlijke vreugde die geen golven brengt, maar warmte verspreidt. Een weldadige innerlijke warmte.
Liefdevolle goedheid, mededogen, medevreugde en gelijkmoedigheid zijn de enige gevoelens die nuttig voor je zijn en je helpen. Die moet je dus cultiveren. Als je deze tot grondslag van je leven maken, kan je alle andere emoties makkelijk loslaten, want die zijn alles bij elkaar niets anders dan vredeverstoorders. Zij verstoren de vrede van je hart.
Lees het boek Boeddha zonder geheimen van Ayya Khema, zeer de moeite waard!